1. Start faalfenomeen: na het op de startknop gedrukt, reageert de motor niet of stopt onmiddellijk na het starten. Oorzaak Analyse: Probleem van de voeding: onstabiele spanning, slecht contact of open circuit van de stroomlijn. Motoralen: de motorwikkeling is kortsluiting, open gecirciteerd of de isolatieprestaties worden afgebroken. Startfalen: slecht starterscontact, beschadigde relais of storing van het besturingscircuit. Actie voor beschermingsapparaat: het thermische overbelastingsrelais is bijvoorbeeld losgekoppeld vanwege overbelasting.
2. Stop faalfenomeen tijdens de werking: de motor stopt plotseling tijdens het gebruik. Oorzaakanalyse: Bescherming van overbelasting: de motorbelasting is te groot en overschrijdt de nominale draagkracht. De temperatuur is te hoog: de motor heeft een slechte warmtedissipatie, waardoor de interne temperatuur te hoog is, waardoor de oververhittingbescherming wordt geactiveerd. Faseverliesbewerking: het verlies van de voeding fasen ervoor dat de motor niet normaal werkt. Externe interferentie: zoals stroomrastersspanningsschommelingen, elektromagnetische interferentie, enz.
3. Serieus fenomeen voor het falen van de motorverwarming: de temperatuur van de motor stijgt abnormaal tijdens het bedrijf. Oorzaakanalyse: overmatige belasting: langdurige overbelastingsbewerking zorgt ervoor dat de interne temperatuur van de motor stijgt. Slechte warmtedissipatie: de motorventilator is beschadigd, het luchtkanaal is geblokkeerd of de omgevingstemperatuur is te hoog. Motoralen: zoals lagerschade, kronkelend kortsluiting, etc.
4. De motor maakt luid geluid. Foutfenomeen: de motor maakt abnormaal geluid tijdens het gebruik. Oorzaakanalyse: lagerschade: het lager wordt gedragen of slecht gesmeerd, waardoor abnormale ruis wordt veroorzaakt tijdens de werking. Ongelijke opening tussen stator en rotor: ongelijke luchtspleet tussen stator en rotor veroorzaakt elektromagnetische trillingen en ruis. Onevenwichtige motor: de motorrotor is onevenwichtig of onjuist geïnstalleerd, wat mechanische trillingen en ruis veroorzaakt.
5. Foutfenomeen met lage motorisolatieweerstand: de testwaarde van de weerstand van de motorisolatie is lager dan de standaardvereisten. Oorzaakanalyse: de motorwikkelingen zijn vochtig: het werkt al lang in een vochtige omgeving of werd niet op tijd afgehandeld na het afsluiten. Veroudering van motorwikkelingen: langdurige werking veroorzaakt veroudering en kraken van isolatiematerialen. Water onderdompeling of olievervuiling: de motorische behuizing is beschadigd of de afdichting is niet strak, waardoor water of olie de binnenkant van de motor binnenkomt.
Posttijd: oktober-17-2024